Rutte ’betreurt’ ophef na stilletjes aanpassen mondkapjesregels
https://archive.vn/zRGBE
https://www.telegraaf.nl/nieuws/542132917/rutte-betreurt-ophef-na-stilletjes-aanpassen-mondkapjesregels
DEN HAAG - Premier Rutte ’betreurt’ de ophef die is ontstaan nadat in de ouderenzorg de richtlijn voor het dragen van mondkapjes in augustus zo stilletjes zijn aangepast. „Dat had niet zo gemoeten.” Hij stelt dat het tot ’onnodige onrust’ heeft geleid. „Ik wil hier echt uitspreken dat ik dat betreur.”
Rutte deed zijn uitspraken dinsdag in het staartje van het debat in de Tweede Kamer over het coronabeleid. Zowel hij als minister De Jonge (Volksgezondheid) kregen in dat debat stevig de wind van voren, vooral over het krakkemikkige testbeleid, maar dus ook het gehannes met het al dan niet dragen van mondkapjes in de ouderenzorg.
1,5 meter
Lange tijd gold daarvoor de regel dat als zorgmedewerkers 1,5 meter afstand konden houden van hun cliënt en alleen ’vluchtig contact’ hoefden te hebben, zij volgens de door het RIVM opgestelde richtlijnen geen mondkapjes hoefden te dragen. Bij het personeel leidde dat tot onbegrip en onrust. Vluchtig contact in de zorg, bestaat volgens velen namelijk niet.
Medio augustus werd de richtlijn plots aangepast, maar dat gebeurde nagenoeg geruisloos. De nieuwe richtlijn werd opgestuurd naar zorginstellingen, maar dat de inhoud ervan zo drastisch was gewijzigd bleef onvermeld. Opeens moesten mensen wèl een mondkapje gaan dragen bij ’vluchtig contact’.
Volgens premier Rutte werd de richtlijn aangepast om de regels gelijk te trekken met de ziekenhuiszorg, waar al wel mondkapjes werden uitgedeeld in vergelijkbare situaties.
Veel partijen in de Tweede Kamer geloven maar weinig van deze uitleg en menen eerder dat de oude richtlijn gewoon een misser was van het RIVM. Rutte wil daar absoluut niet aan. Wel laat hij nu dus weten dat de ophef na het aanpassen van de richtlijn hem dus betreurt.
Hij wil ’betekenisvolle wijzigingen’ van de richtlijnen voortaan ’expliciet onder de aandacht brengen’. „Ik wou dat echt nog zeggen. En dat ik die onrust bij de medewerkers in de zorg echt betreur.”